Liever een babbel met een vertrouwenspersoon van het CLB?
Zoek je CLB Chat met onsBen je een ouder?
Dyscalcuwatte? Als wiskunde een raadsel is
Je doet je verdomde best voor wiskunde en toch kan je er niet bij. Cijfers nemen een loopje met je en je hebt geen idee waarheen. Het lijkt wel of iedereen beter kan rekenen dan jij.
Dyscalcuwatte?
Als je iets leert, gaat het normaal gezien na een tijdje als vanzelf. Denk maar aan fietsen of je schoenveters binden. Maar al evengoed hoe je smartphone werkt. Bij een nieuwe is het even zoeken, maar al gauw gaat het als vanzelf. Dat heet ‘automatiseren’.
Als je dyscalculie hebt dan ontbreekt net dat stukje: automatiseren van rekenen. Je verwisselt cijfers van plaats in een getal, je draait eenheden en tientallen om, je kan de volgorde niet goed zien. Dat maakt rekenen stroef, traag en moeilijk. Dyscalculie maakt je niet dom. Het geeft je wel problemen met vakken waarin je berekeningen moet maken en formules gebruiken zoals zoals wiskunde, chemie, fysica, aardrijkskunde (schaalberekeningen), economie en boekhouden.
Onopgemerkt?
Dyscalculie komt in verschillende gradaties en vormen. Daarom is het bij sommigen al zichtbaar in de lagere school, bij anderen pas later. Omdat wiskunde steeds ingewikkelder wordt, kan het zijn dat het pas later zichtbaar wordt. Het valt op dat je klasgenoten de een pak gemakkelijker omgaan met wiskunde dan jij. Dus ja, dyscalculie kan een tijdje onopgemerkt blijven, zeker bij een milde vorm.
Niet altijd dyscalculie
Dat rekenen en wiskunde lastig is, betekent nog niet dat je dyscalculie hebt. Herken je de signalen van dyscalculie, dan kan er ook wat anders aan de hand zijn. En dat is best belangrijk om goed mee om te kunnen gaan.
Signalen dyscalculie
- je telt (nog steeds) op je vingers
- je maakt veel fouten in een stapsgewijze aanpak
- je weet niet welke stappen eerst te nemen om een vraagstuk op te lossen
- wiskundetheorie en oefeningen lijken weinig met elkaar te maken hebben
- je wisselt cijfers en getallen van plaats
- in wiskunde ben je opvallend trager dan je klasgenoten
Ook dit valt op:
- het uur aflezen van een klassiek klok is lastig
- wisselgeld geven verloopt moeilijk
- je bus- of treinuren opzoeken is een lastige klus
Voorwaarden om dyscalculie te vermoeden
- je probeerde al heel wat uit extra oefening voor wiskunde, logopedie,…
- je loopt achter vergeleken met leeftijdsgenoten
- er is echt geen enkele andere reden te vinden
Zet een eerste stap: praat erover
- Met je ouders. Wat zien zij bij jou? En kunnen ze je helpen om je moeilijkheden aan te pakken?
- Met je leerkracht wiskunde bijvoorbeeld. Leerkrachten zien hoe het in de klas loopt. Dat geeft een goed beeld. Zijn er delen in wiskunde die minder moeilijk lopen? En wat is het lastigst?
- Met je interne leerlingenbegeleider op school. Hoe kijkt die ernaar? Kunnen jullie samen alles op een rij zetten? Welke signalen zijn er? Zien jullie andere oorzaken of niet? Wat kan nog helpen?
- Samen kunnen jullie nagaan welke stappen je kan zetten om voor jou rekenen en wiskunde vlotter te maken en welke aanpassingen jou kunnen helpen. Daarvoor is helemaal geen 'diagnose' dyscalculie nodig.
- Hebben jullie samen het idee dat er meer nodig is, klop dan aan bij je CLB. We gaan dan samen na wat er scheelt en wat er mogelijk is.
Je kan dyscalculie niet doen verdwijnen. Je kan er alleen mee leren omgaan. Zo weegt dyscalculie minder zwaar. Maak daarover afspraken met je leerkracht wiskunde! Bijvoorbeeld:
- Kan een rekentoestel helpen? Op welke momenten?
- Is het mogelijk de formules op blaadje bij je te hebben tijdens wiskunde?
- …